BulkBoek BesteKorteVerhalen (dit is een pilot)
Bertolt Brecht
Lees voor 🔊
[Een kerstverhaal uit de kroeg]

   
Bertolt Brecht (1898 – 1956)
   Het pakje van Onze Lieve Heer 


Neem allemaal je stoelen en theeglazen mee naar achteren, hier bij de kachel en vergeet de rum niet. Het is goed om het warm te hebben als je over de kou praat. 
   Sommige mensen, vooral een bepaald soort mannen dat niet zo sentimenteel is, hebben een grote weerzin tegen Kerstmis. Maar aan één Kerstmis in mijn leven bewaar ik werkelijk de beste herinneringen. Dat was de kerstavond van 1908 in Chicago. 
   Ik was begin november naar Chicago gekomen en toen ik naar de situatie in het algemeen informeerde, zeiden ze mij al meteen dat het de strengste winter zou worden waarvoor deze toch al erg onaangename stad kon zorgen. Toen ik vroeg hoe het stond met de vooruitzichten voor een ketelsmid, zeiden ze mij dat er voor ketelsmeden geen vooruitzichten waren en toen ik naar een enigszins redelijke slaapplaats zocht, was alles te duur voor mij. En daar kwamen in deze winter van 1908 in Chicago heel wat mensen achter, uit alle mogelijke beroepsgroepen. 
   En de wind waaide de hele maand december lang van het Michiganmeer daarheen en tegen het eind van de maand werd ook nog een aantal grote vleesconservenfabrieken stilgelegd en werd er een grote stroom werklozen de koude straat op gegooid. 
   Wij holden iedere dag door alle stadswijken en zochten vertwijfeld naar wat werk en waren blij als wij 's avonds in een klein café in de abattoirwijk dat volgepropt zat met uitgeputte mensen, een toevlucht konden vinden. Daar was het tenminste warm en konden wij op ons gemak zitten. En wij zaten er zo lang het maar enigszins ging bij één glas whisky en de hele dag spaarden wij ons alles uit de mond voor dat ene glas whisky, dat nog inclusief warmte, lawaai en kameraadschap was, alles wat er nog aan hoop voor ons bestond. 
   Daar zaten wij ook op de kerstavond van dat jaar en het café was nog voller dan gewoonlijk en de whisky nog wateriger en het publiek nog vertwijfelder. Het spreekt vanzelf dat noch het publiek, noch de kastelein in feeststemming komt als het hele probleem van de gast eruit bestaat met één glas de hele nacht door te komen en het hele probleem van de kastelein diegenen de deur uit te werken die lege glazen voor zich hebben staan. 
   Maar tegen tienen kwamen er twee, drie jongens binnen die, de duivel mocht weten waar vandaan, een paar dollar op zak hadden en die nodigden, omdat het toch Kerstmis was en de sentimentaliteit in de lucht hing, iedereen uit een paar extra glazen te drinken. Vijf minuten later was het hele café niet meer te herkennen. 
   Iedereen haalde nieuwe whisky (en lette verschrikkelijk goed op dat er heel behoorlijk werd ingeschonken), de tafels werden bij elkaar geschoven en een meisje, dat er verkleumd uitzag, werd gevraagd een cakewalk te dansen, waarbij alle deelnemers aan het feest met hun handen de maat sloegen. Maar wat zal ik zeggen, de duivel zal zijn zwarte hand in het spel hebben gehad, er kwam geen echte stemming. 
   Ja, letterlijk van het begin af aan kreeg het feest een kwaadaardig karakter. Ik denk dat het de noodzaak om zich te laten vrijhouden was, die iedereen zo prikkelde. De schenkers van deze kerststemming werden niet met vriendelijke ogen aangekeken.
    Al na de eerste glazen van de gegeven whisky werd het plan opgevat een complete uitdeling van kerstgeschenken, om zo te zeggen een onderneming op grote schaal, te organiseren. 
   Omdat er geen overvloed van geschenkartikelen aanwezig was, wilde men zich minder aan de werkelijk waardevolle houden en meer aan geschenken die bij de ontvangers pasten en misschien zelfs een diepere betekenis hadden. 
   Zo schonken wij de kastelein een emmer vuil sneeuwwater van buiten, waar toch genoeg van was, zodat hij met zijn oude whisky het nieuwe jaar nog kon halen. De kelner gaven wij een oud, kapot conservenblikje, zodat hij tenminste één fatsoenlijk stuk servies had, en aan het bij het café horende meisje een zakmes vol bramen, zodat zij eindelijk de laag poeder van verleden jaar kon afkrabben
   Al deze geschenken werden door de aanwezigen, misschien met uitzondering van de ontvangers, met uitdagende bijval bedacht. En toen kwam de grootste grap. 
   Er zat tussen ons namelijk een man met wie iets aan de hand moest zijn. Hij zat er iedere avond en mensen die daar verstand van hadden, geloofden met zekerheid te kunnen beweren dat hij, hoe onverschillig hij zich ook voordeed, een bepaalde, onoverwinnelijke angst moest hebben voor alles wat met de politie te maken had. Maar iedereen kon zien dat hij zich niet bepaald op zijn gemak voelde. 
   Voor deze man bedachten wij iets heel bijzonders. Met toestemming van de kastelein scheurden wij uit een oud adresboek drie bladzijden waarop louter politieposten stonden, pakten deze zorgvuldig in een krant en gaven het pakje aan onze man. 
   Er viel een diepe stilte toen wij het hem gaven. De man pakte het pakje weifelend aan en keek ons met een wat kalkachtige glimlach van onderop aan. Ik merkte hoe hij met zijn vingers het pakje betastte om reeds voor het openmaken vast te stellen wat erin zou kunnen zitten. Maar toen maakte hij het vlug open. 
En nu gebeurde er iets heel merkwaardigs. De man futselde juist aan het touwtje waarmee het 'geschenk' was dichtgebonden, toen zijn blik, schijnbaar afwezig, op het krantenpapier viel, waarin de bladzijden uit het adresboek waren opgeborgen. Maar toen was zijn blik al niet meer afwezig. Zijn hele magere lichaam (hij was heel lang) kromde zich als het ware om de krant heen, hij boog zijn gezicht diep omlaag en las. Nooit, noch daarvoor noch daarna, heb ik ooit iemand zo zien lezen. Hij verslond eenvoudig wat hij las. En toen keek hij op. En nog nooit, noch daarvoor noch daarna, heb ik iemand zo stralend zien kijken als deze man. 
   'Daar lees ik zojuist in de krant,' zei hij met een gebarsten, moeizaam beheerste stem, in belachelijke tegenstelling tot zijn stralende gezicht, 'dat die hele zaak allang is opgelost. Iedereen in Ohio weet dat ik met het hele geval helemaal niets te maken had.' En toen lachte hij. 
   En wij allemaal, die er verbaasd bij stonden en iets heel anders hadden verwacht en alleen maar begrepen dat de man onder de een of andere beschuldiging had gestaan en intussen, zoals hij zojuist in de krant had gelezen, gerehabiliteerd was, begonnen plotseling luidkeels en bijna van ganser harte mee te lachen, en daardoor kwam er een grote vaart in ons feest, de vage bitterheid was volkomen vergeten en het werd een uitstekend kerstfeest, dat tot de volgende ochtend voortduurde en iedereen tevreden stelde. 
   En bij deze algemene bevrediging speelde het natuurlijk in het geheel geen rol meer dat deze krant niet door ons was uitgezocht, maar door God. 



#AnnoDeTwintigsteEeuw
#Categorie4EuropeseSchrijvers
#Lesniveau**3**
#ThemaKerstverhalen

Bertolt Brecht
Lees voor 🔊
De mooiste verhalen uit Nederland en de wereld op je tablet, telefoon of notebook. Met dank aan de Nederlandse Taalunie.